LIFE+

Dankzij een Europese LIFE+ subsidie hebben we het duin een flinke extra impuls gegeven

LIFE+ subsidie

Dankzij een mooie Europese LIFE+ subsidie en steun van de provincie Noord-Holland hebben we het het duin van 2012 t/m 2016 een  flinke extra impuls gegeven.

Hiermee is ook de drinkwaterwinning voor de toekomst veilig gesteld en bovendien kunnen onze bezoekers ook in de toekomst blijven genieten van een prachtig gevarieerde natuur.

Meer informatie over LIFE
Meer informatie over Natura 2000
More information Natura 2000
More information project

Drie wensen

De laatste decennia eisten verzuring, vermesting en verdroging hun tol. Woekerende planten zoals de Amerikaanse vogelkers breidden uit ten koste van kenmerkende duinsoorten. Deze tendensen wilden we graag keren. En we wilden vooral de volgende drie natuurtypes uitbreiden in oppervlak en een kwaliteitsimpuls geven:

 
 
 

Werkzaamheden

  • Maaien van lage begroeiing en afvoeren van het organisch materiaal in duinvalleien
  • Plaggen en afvoeren van de organische bodemlaag in duinvalleien en duingraslanden
  • Opengraven van dichtgegroeide stuifkuilen, rooien en afvoeren van struiken en bomen
  • Plaggen voormalig dicht prunusstruweel plus afvoeren grond herstel van poelen door verwijderen oeverbegroeiing
  • Poelen, uitbaggeren en afvoeren van bagger.

We hebben met gepaste machines en apparatuur gewerkt, waarbij we kwetsbare terreinen beschermen, bijvoorbeeld door het leggen van rijplaten. Nu na afloop doen we nabeheer, bijvoorbeeld met vrijwillligers.

Werk in cijfers

  • 98 ha verruigde en met prunus dichtgegroeide struwelen, grijze duinen en duinvalleien maaien, frezen en plaggen
  • 35 ha verruigd duingrasland en verruigde duinvalleien maaien
  • 150 ha struiken en bomen (inclusief Prunus serotina)verwijderen, hiervan 65 ha daarna plaggen
  • 2 ha aan dichtgegroeide stuifkuilen opengraven
  • 60 poelen uitbaggeren, bagger afvoeren en oeverbegroeiing verwijderen, brongebieden worden gespaard

Dank voor je begrip

We hebben geprobeerd om de bezoekers tijdens de werkzaamheden zo min mogelijk overlast te berzorgen. Natuurlijk hebben zij er wel iets van gemerkt. Er werd bijvoorbeeld regelmatig met zware, grote transportmiddelen over de klinkerwegen gereden. Op een kaart kon men telkens zien waar we aan het werk waren. We willen al onze bezoekers ontzettend bedanken voor hun begrip.

Grijze duinen

Goed ontwikkelde grijze duinen hebben een scala aan lage begroeiingen. Lage grassen, kruiden, mossen en duinroosjes bijvoorbeeld. En een zeer rijke insectenfauna, met blauwvleugelsprinkhaan, aardbeivlinder, duinparelmoervlinder en vele soorten bijen, wespen en kevers. Onder meer verzuring en vermesting verhinderen hun ontwikkeling.

Duindoornstruwelen

Duindoornstruwelen hebben een hoge biodiversiteit als zij gemengd zijn met andere struiksoorten, zoals gewone vlier en meidoorn. In vochtige duinvalleien zijn gezonde duindoornstruwelen een belangrijk biotoop voor de nauwe korfslak. De struwelen zijn belangrijk voor broedvogels en vooral voor trekvogels. In dichte struwelen met voldoende ondergroei horen we struweelvogels zoals nachtegaal en braamsluiper. In meer open struwelen met afgewisseld grazige vegetatie gedijen fitis, grasmus, tjiftjaf en roodborsttapuit. De grootste bedreiging voor de duindoornstruwelen vormt de woekerende Amerikaanse vogelkers.

Vochtige duinvalleien

Vochtige duinvalleien zijn een ideale biotoop voor een reusachtige variatie aan bijzondere soorten. Om er een paar te noemen: parnassia, waterpunge, bleekgele droogbloem, strandduizendguldenkruid, zeegroene zegge en slanke gentiaan. Bij voldoende rust zijn het geschikte broedplaatsen voor kleine plevier (vogel), rugstreeppad en kleine watersalamander. Vochtige duinvalleien hebben met name last van verdroging en verruiging.

Planning 2016

2016: project afgerond! (update eind december)

Eind december is de laatste grond afgevoerd en het project afgerond.

2016: Middenduinen noord (update 20 september)

We zijn bezig met de afronding van het LIFE+ project. Vanaf augustus tot eind van het jaar rijden we vrijgekomen grond naar buiten het duin. De laatste klus.

2016: Middenduinen noord (update 19 januari)

Afgelopen maanden hebben we de werkzaamheden van het grootste LIFE+ onderdeel op Middenduinen Noord afgerond. De prunus is teruggedrongen en de poelen zijn hersteld. Het enige wat nog moet gebeuren is het afvoeren van de grond die is vrijgekomen bij het plaggen en het uitbaggeren van de poelen. Dat doen we na het broedseizoen, vanaf augustus dit jaar.

Tot afgelopen jaar stond Middenduinen noord nog vol met prunusbossen, door prunus overwoekerde duindoornstruwelen en verlande en dichtgegroeide poelen. Vorig jaar zijn we gestart met het renbaanveld, dit jaar hebben we de Klompenpan en het resterende deel van het Middenveld opgepakt.

Er is bijna 90 hectare prunus gezaagd met behulp van een kettingzaag. De overgebleven stobben zijn verwijderd met een rupskraan, het hout is versnipperd en afgevoerd. De struwelen waarbinnen ook prunushaarden waren ontstaan, zijn gerooid. Vervolgens hebben we de kleine prunus struikjes gemaaid met een maai-zuigcombinatie. Na het rooien is maar liefst 41,5 hectare gefreesd en geplagd. Daarmee hebben we de door prunus en stikstof depositie verrijkte en verzuurde bovenlaag verwijderd. In de rest van het gebied, 54 hectare open duin, stond de prunus verspreid en is deze afgezaagd.

Daarnaast hebben we zo’n 30 poelen vrijgemaakt van houtige begroeiing aan de zuidkant. Vervolgens zijn ze gemaaid en uitgebaggerd tot aan de vaste bodem, tot een diepte van ongeveer 50-100 centimeter.

Het duin is nu weer mooi open, de inheemse soorten zijn gespaard en de duingraslanden en poelen kunnen zich weer ontwikkelen. Op de natte delen kunnen we dit straks vrij snel zien, op de drogere delen zal dat langer duren. Hiermee is het grootschalig project zo goed als afgerond. Het was groot en ingrijpend, maar we weten uit ervaring dat bestrijding van prunus alleen op deze manier werkt. Mede dankzij LIFE+ kunnen we de gehele AWD na deze winter vrij verklaren van prunushaarden. De komende jaren is het een kwestie van de losse exemplaren verwijderen en voorkomen dat zaailingen zich kunnen vestigen. Een mooie uitdaging!

Planning 2015 

2015: Schapenwei (update 29 oktober)

De Schapenwei heeft een metamorfose ondergaan. Dit binnenduingrasland werd vroeger gebruikt om schapen te hoeden, maar later ook als akker. Hier is de voedselrijke en verzuurde bovenlaag afgegraven. Deze laag werd gedomineerd door pitrus. Alle vrijkomende grond is afgevoerd naar het landbouwperceel in de naastgelegen Vogelenzangse polder. Door tot op verschillende hoogtes te plaggen hebben we brede laagtes gecreëerd om kalkrijk kwelwater vanuit de westkant van het gebied oostwaarts te laten stromen. Aan de oostkant hebben we ook laagtes gegraven om het zure regenwater wat er blijft hangen naar de polder af te voeren.
Daarnaast is de oever van de sloot aan de westzijde aangepast en hebben we een geleidelijk oplopende en vloeiende natuurvriendelijke oever aangelegd met een aantal brede stukken en een poel. Verder is die sloot uitgebaggerd, de rest van de watergangen uitgemaaid en het niet geplagde deel van de Schapenwei gemaaid. In deze vorm biedt de Schapenwei weer een groeiplaats voor plantensoorten die van voedselarme en kalkrijke omstandigheden houden. Maar ook voor de amfibieën zijn er veel nieuwe geschikte plekken ontstaan.

2015: Oosterduinrel (update 6 oktober)

Het voormalige waterwinkanaal is in 1995 omgevormd tot een meer natuurlijke duinrel (duinbeekje). In het najaar en winter voert de rel water af vanaf de Schapenwei richting de Oranjekom. De oevers waren alleen nog vrij strak en steil. De afgelopen weken hebben we hier meer geleidelijke overgangen van droge naar vochtige en natte plekken gemaakt. Parallel aan de duinrel hebben we laagtes en poelen gegraven. Soms aangetakt aan de rel en soms een stukje er van af. Hierdoor is er meer variatie ontstaan en zijn de overgangen tussen droog en nat geleidelijker geworden. Juist in die zone kunnen veel interessante soorten zich vestigen. Op een aantal plekken is de rel ook uitgebaggerd. De vrijgekomen grond wordt zo spoedig mogelijk afgevoerd naar een landbouwperceel naast de AWD.

2015: Vinkenveld (update 6 oktober)

Het afwisselende landschap van open zandige plekken, duingrasland, duindoornstruweeltjes en overgangen naar struweel en bos zijn hersteld. Invasieve boomsoorten en bomen die het open karakter van het gebied verstoren zijn verwijderd. Het grootse deel van deze bomen is verwerkt in takkenrillen in het bos om schuil- en nest-gelegenheid te creëren voor vogels en kleine fauna. Op een aantal plekken zijn kleine oppervlaktes vergrast duingrasland geplagd en we hebben drie stuifkuilen gemaakt. Door het gebied zijn open karakter weer terug te geven en stuifkuilen te maken brengen we de dynamiek van het gebied weer op gang. Wij zijn we tevreden met het resultaat. De boomleeuwerik en Groene specht zijn weer terug op hun oude stek. Deze maand wordt de vrijgekomen grond afgevoerd.

Planning 2014

2014-2016: Middenduinen noord

In dit gebied zijn we aan de slag gegaan met het terugdringen van prunus en het herstellen van de poelen. We werken hier in twee fasen over  twee jaar. Er worden maar liefst 65 hectare prunus gezaagd met behulp van een kettingzaag. De overgebleven stobben verwijderen we met een rupskraan, het hout wordt versnipperd en afgevoerd. De struwelen waarbinnen ook prunushaarden waren ontstaan worden ook gerooid en verwerkt. Na het rooien spragelen we deze plek met een maaizuigcombinatie.

In het deel waar de dichtheid van de prunus minder hoog is, zo'n 24 hectare, zagen en rooien we ook. Struwelen binnen een straal van 3 meter rond een prunusboom of -struik worden ook gerooid, inclusief de wortels, om hergroei van prunus te voorkomen. Ook spragelen we na het rooien.
Na het rooien is frezen en plaggen we verdeeld over het gebied 40 hectare. We verwijderen de voedselrijke bovenlaag, waardoor we straks afwisselend blond zand en donkere grond zullen zien. Het gaat hier om overwegend vlak tot licht glooiend terrein. In de rest van het gebied, 54 hectare aan open duin, staat de prunus verspreid en wordt hij alleen afgezaagd.

Daarnaast herstellen we ook 25 tot 35 poelen, in totaal 0,75 hectare. Dat doen we door eerst de houtige beplanting aan de oevers aan de zuidkant van de poelen te verwijderen, tot 10 meter uit de oever. Vervolgens maaien we tot 5 meter uit de waterkant en voeren de vegetatie af.
Tot slot worden de poelen gebaggerd tot aan de vaste bodem, tot een diepte van ongeveer 50-100 centimeter. We zorgen ervoor dat de aanwezige dieren en zaden kunnen terugvloeien in de poel door de bagger een dag op een deel van de oever te laten liggen. Vervolgens is de bagger afgevoerd. Omdat de poelen in of bij de prunushaarden lagen, wordt ook een deel van de oevers geplagd en gefreesd.

2014-2015: Haasveld

Hier hebben we dennenbos verwijderd, de verruigde duingraslanden, valleien en greppels hersteld en diverse poelen aangelegd. De kwetsbare delen van dit gebied zijn ontzien. Er is in totaal 4 hectare dennenbos gekapt. De achterblijvende stobben zijn daarna met behulp van een rupskraan gerooid. Het hout wordt verkocht. Vervolgens is de strooisellaag verwijderd tot op het minerale zand. Daarna is er op 1,5 hectare van deze oppervlakte gefreesd en geplagd. Op enkele plekken is een aanzet gemaakt voor een stuifkuil door 25 centimeter diep te plaggen. Bij elkaar is 0,1 hectare aan stuifkuilen gemaakt.

Het minerale zand dat hierbij vrijkwam is gebruikt om de brede greppel in het oostelijke deel van het dennenbos (deze ging tot 30 centimeter onder het maaiveld) te dempen. Uit de kleinere greppels in het bos hebben we de bagger verwijderd tot op het minerale zand. Verder zijn de gedeeltes met ruige begroeiing en een dunne humuslaag kort gesprageld (dit is klepelen en tegelijk afzuigen), bij elkaar 13 hectare.

De gedeeltes die verruigd waren (oorspronkelijk graslanden) zijn geplagd nadat eerst de vegetatie en de verrijkte bovenlaag was verwijderd, bij elkaar 8,5 hectare. Verder zijn diverse poelen aanleggen op potentieel waardevolle plekken. Met het verwijderen van het dennenbos is plaatsgemaakt voor een stuk vochtige duinvallei. Het bos is rond 1950 aangeplant om hout te oogsten. Door de herstelde grondwaterstanden verdronk de afgelopen jaren een deel van het bos.
Met het spragelen en plaggen is het duingrasland weer teruggebracht, net als enkele eeuwen geleden, toen het gebied nog het Haechs Velt heette.

Planning 2013 en eerder

2013-2014: Groot Zwarteveld & Eiland van Rolvers

Omdat dit gebied sterk verruigd was, hebben we hier 9 ha geklepeld. Om een nog hogere biodiversiteit te krijgen hebben we 2.4 ha geplagd op variërende dieptes tussen 2 - 10 cm diep. Daarnaast zijn 0,7 ha stobben gerooid. Hierdoor krijgen duineigen planten weer volop de ruimte.
Ook hebben we de poelen onder handen genomen, niet alleen hier maar ook op het ernaast gelegen Eiland van Rolvers. De poelen waren verruigd en verland en er had zich bagger opgehoopt. Bij 20 poelen is een deel van de oeverbegroeiing verwijderd zodat de zon beter bij het water kan.
Daarnaast hebben we bagger weggehaald tot het minerale zand, zo'n 50 a 100 cm diep. Straks ziet u weer levendige poelen met zeldzame planten en dieren zoals kranswieren, de kleine watersalamander en gevlekte witsnuitlibel.

2013-2014: Haasvelderduinen-Boeveld, Haasveld en Middenduin-Centraal

Deze graslanden waren erg verruigd en vergrast. Wat we hier weer terug willen is een gevarieerde bloemenweelde van allerlei kruiden en vele soorten prachtige vlinders en sprinkhanen. Daarom hebben we hier veel geplagd. Op de Haasvelderduinen-Boeveld en het Haasveld is 8 ha geplagd en 30 ha geklepeld. Daarnaast hebben we stuifkuilen gecreëerd, bij elkaar zo'n 2,3 ha. We helpen hiermee de dynamiek van het duin nog meer op gang te brengen. In het Middenduin-Centraal was sprake van veel prunusopslag in het struweel. Hier hebben we maar liefst op 25 ha prunus verwijderd en deze grond vervolgens geplagd.

2012-2013: Tonneblink & Pollenberg-Museumduin

Op de Tonneblink en Pollenberg-Museumduin zijn we gestart met de eerste, relatief kleinschalige maatregelen van het project. We hebben 15,4 ha geklepeld en gemaaid. Binnen dit gebied hebben we vervolgens kleine stukjes van maximaal 0,5 ha geplagd. Bij elkaar is er 5 ha geplagd. Hiermee zorgen we voor veel overgangen en een gevarieerde vegetatiestructuur. Dat is positief voor veel planten en dieren. de volgende planten en dieren. Deze winter maken we hier een corridor zodat fauna zich gemakkelijker kan verspreiden tussen de gebieden.

2012-2013: Groot Zwarteveld

In dit gebied van 19 ha bevond zich een prunushaard van zo'n 8 ha. In deze haard hebben we de prunus afgezaagd, versnipperd en afgevoerd. De overgebleven stobben zijn met een kraan gerooid en vervolgens afgevoerd. Daarnaast is 10 ha van dit gebied geklepeld.

 

Meer informatie en contact

Voor algemene informatie over het project kunt u terecht in ons bezoekerscentrum De Oranjekom. Ook kunt u uw vragen stellen tijdens de excursies met de boswachters.

Projectinformatie
De leider van dit project was Jan-Joris van Kampen. Met vakinhoudelijke vragen kunt u terecht bij Luc Geelen.